Er kunnen verschillende redenen zijn waarom de vennootschap vrijwillig wordt ontbonden. Zo kunnen bijvoorbeeld slechte economische vooruitzichten aan de basis liggen. Maar denk ook aan onenigheid tussen de aandeelhouders, wat onder andere het gevolg kan zijn van een echtscheiding. De ontbinding van de vennootschap start bij de beslissing van de algemene vergadering, maar doorloopt nadien verschillende stappen die ik hieronder toelicht.

Klassiek verloop van de vrijwillige ontbinding van de vennootschap

De ontbinding van een vennootschap is een trage en omslachtige procedure. Dat heeft alles te maken met het feit dat er veel actoren betrokken zijn en dat de belangen van andere partijen, zoals die van de schuldeisers, niet uit het oog mogen worden verloren. Denk bijvoorbeeld aan de situatie waarin een klant een jaar na de beslissing tot ontbinding van de vennootschap zijn garantierecht wilt uitoefenen: het kan dan niet de bedoeling zijn dat je die klant in de kou laat staan omdat de vennootschap vrijwillig werd ontbonden.

Algemene vergadering beslist over ontbinding vennootschap

In de eerste plaats moet de algemene vergadering overgaan tot de beslissing om de vennootschap te ontbinden en te vereffenen. Dit doet de algemene vergadering op dezelfde manier als bij een statutenwijziging. De notaris zal verplicht moeten tussenkomen en er worden een of meerdere vereffenaars benoemd. Die benoeming moet ook nog eens worden bevestigd door de ondernemingsrechtbank en de benoeming van de vereffenaar moet ook nog eens in het Belgisch Staatsblad verschijnen.

Vereffening van de vennootschap

De aangestelde vereffenaars zullen overgaan tot de eigenlijke vereffening. Vanaf dat moment gaat de vennootschap in lopende zaken en mag je geen nieuwe activiteiten ontwikkelen. Eventuele lopende overeenkomsten mogen wel nog worden uitgevoerd of moeten worden opgezegd.

De activa die in de onderneming aanwezig zijn worden tijdens deze fase ten gelde gemaakt. Zo zullen machines, gebouwen en handelsgoederen worden verkocht. De verkregen gelden worden vervolgens gebruikt om openstaande schulden af te lossen. Denk daarbij aan openstaande kredieten maar ook aan schulden ten gevolge van het opzeggen van overeenkomsten.

De vereffenaars zullen een omstandig plan opstellen voor de vereffeningsoperatie. Dit moeten ze eerst aan de bevoegde ondernemingsrechtbank voorleggen. Gaat die laatste akkoord? Dan kunnen de vereffenaars tot de feitelijke vereffeningsprocedure overgaan. Een eventueel saldo wordt daarbij verdeeld onder de aandeelhouders of de vennoten.

Sluiting van de vereffening

Nadat alle schulden zijn betaald, wordt de vereffening gesloten. De sluiting van de vereffening moet worden vastgelegd door de algemene vergadering. Dit moet in tegenstelling tot de opening van de vereffening niet gebeuren ten overstaan van de notaris.

Vennootschap wordt een passieve rechtspersoon

Wanneer de vereffening wordt gesloten, verliest de vennootschap nog niet meteen haar rechtspersoonlijkheid. Gedurende een termijn van vijf jaar na de bekendmaking van de beslissing tot sluiting en vereffening in het Belgisch Staatsblad, blijft de vennootschap een passieve rechtspersoon. Dit wil zeggen dat schuldeisers nog steeds vorderingen kunnen indienen en de hangende gedingen nog steeds kunnen worden verdergezet. Pas nadat deze periode van vijf jaar verstreken is, houdt de vennootschap definitief op te bestaan, hoewel er ten aanzien van reeds ingestelde rechtsvorderingen een uitzondering is voorzien.

Mogelijkheid tot turboliquidatie

Net omdat de klassieke vrijwillige ontbinding zo lang en omslachtig is, heeft de wetgever ook de mogelijkheid tot een turboliquidatie voorzien. Hierbij worden de ontbinding en de vereffening in een enkele akte uitgesproken. Echter kan niet elke vennootschap voor zo’n turboliquidatie opteren. Er moet immers aan een aantal voorwaarden zijn voldaan:

  • De vennoten moeten unaniem tot stopzetting beslissen;
  • Er mag geen vereffenaar worden aangewezen;
  • Alle schulden aan derden werden terugbetaald of worden op een speciale rekening geconsigneerd;
  • Het resterend actief wordt door de vennoten teruggenomen.

Bij de turboliquidatie is het met andere woorden belangrijk dat alle schuldeisers eerst hun centen zien of dat het geld bij de deposito- en consignatiekas wordt geconsigneerd. Pas wanneer er zekerheid is dat alle schulden zullen worden betaald, kan je met een enkele akte de vennootschap ontbinden en vereffenen. Je hoeft dan niet langs de rechtbank te passeren. De turboliquidatie kan natuurlijk enkel worden toegepast indien de schulden aan derden vaststaan. Bij een lopend juridisch geschil kan de turboliquidatie (nog) niet worden toegepast.

Fiscale gevolgen van de vrijwillige ontbinding

De vrijwillige ontbinding van de vennootschap heeft ook een aantal fiscale consequenties waar je tijdens de ontbinding best aandacht aan schenkt. Jouw boekhouder of accountant kan jou daarover informeren, want het is en blijft toch wel een praktijkstudie. Een aantal fiscale aspecten van de vrijwillige ontbinding komen hieronder aan bod maar dit vormt zeker geen limitatief overzicht.

Vennootschapsbelasting

Tot aan het moment van de vereffening blijft de vennootschap aan de vennootschapsbelasting onderworpen. Eventuele reserves die worden uitgekeerd behoren bijvoorbeeld tot de belastbare winst. In sommige gevallen zijn die reserves echter uitgekeerd. Ook winsten van het boekjaar waarin de vereffening wordt afgesloten worden nog belast. Hieronder vallen de gerealiseerde meerwaarden ten gevolge van de verkoop van de activa en de in dat jaar vastgestelde meerwaarden.

Registratierechten

Bij een vereffening kan je ervoor kiezen om een aantal goederen in natura te krijgen. Denk bijvoorbeeld aan de bedrijfswagen waar men al jaren mee rijdt of aan het onroerend goed waarin men ook woont. In dat tweede geval loeren de registratierechten al snel om de hoek. Dat is afhankelijk van het gewest waarin dat goed gelegen is, maar in het Vlaams Gewest kan het vast recht van vijftig euro soms een interessante piste zijn. Of het gunstregime al dan niet kan worden toegepast, is afhankelijk van het type vennootschap.

Roerende voorheffing

Bij de vereffening van de vennootschap krijgen de aandeelhouders de restwaarde in handen. Hierop wordt een roerende voorheffing ingehouden. Echter worden zij niet op de integrale som belast maar enkel op de liquidatiebonus. Dit is het verschil tussen het werkelijk gestort kapitaal en de ontvangen gelden bij de vereffening van de vennootschap. De vennootschap zal de roerende voorheffing op de liquidatiebonus moeten inhouden.