Wanneer je het niet eens bent met het aanslagbiljet in de vennootschapsbelasting beschik je over verschillende mogelijkheden. Je kan een rechtzetting vragen bij een belastingkantoor, maar het is ook mogelijk om een bezwaarschrift in te dienen of om te focussen op een ontheffing van ambtswege. We leggen uit wat het verschil tussen deze drie opties is en hoe je het een en ander navraagt.

Rechtzetting bij de vennootschapsbelasting

Een rechtzetting is een oplossing wanneer het aanslagbiljet een eenvoudige fout bevat. Het gaat dan om een materiële vergissing (bv. twee cijfers die werden verwisseld) of een dubbele belastingheffing. Voor het verhelpen van dergelijke eenvoudige fouten zijn er geen ingewikkelde procedures te doorlopen. Het volstaat om contact op te nemen met het bevoegde belastingkantoor. De gegevens van de bevoegde dienst zijn te vinden op het aanslagbiljet. In principe zal men zo snel mogelijk het een en ander rechtzetten. Als dat echter niet mogelijk is, geeft men aan waarom dit niet mogelijk is. Het is dan mogelijk om een bezwaarschrift in te dienen.

Bezwaarschrift bij de vennootschapsbelasting

Een bezwaarschrift kan per brief bij het centrum worden ingediend of online, via de website MyMinfin.be. Het bezwaarschrift hoeft niet aangetekend te worden verstuurd. Je ontvangt altijd een ontvangstbewijs. Dit is geen erkenning van de geldigheid van het bezwaarschrift of van een indiening binnen de wettelijke termijn. Het is wel aan te raden om het ontvangstbewijs goed te bewaren.

Opdat een bezwaarschrift geldig zou zijn, moet het verplicht een aantal gegevens bevatten:

  • Duidelijke vermelding van de redenen(en) waarom de aanslag wordt betwist
  • Gedateerd, ondertekend en geschreven door een bevoegde persoon (tip: voeg een volmacht toe)
  • Gegevens van de onderneming (naam, adres en ondernemingsnummer
  • Gegevens van de mandataris (naam, adres en hoedanigheid)
  • Artikelnummer van de betwiste aanslag en de gemeente

Houd er rekening mee dat bezwaarschriften tijdig moeten worden ingediend. Er geldt een termijn van zes maanden die begint te lopen op de derde werkdag na de datum van de verzending van het aanslagbiljet.

Ontheffing van ambtswege in de vennootschapsbelasting

In sommige gevallen kan de administratie een ontheffing van ambtswege toestaan. Er vindt dan een terugbetaling van de belasting plaats. Dit kan enkel in een van de volgende gevallen:

  • Bepaalde verminderingen waarop de vennootschap recht heeft en die niet werden toegekend
  • Een overschot aan voorafbetalingen of voorheffingen die niet werden verrekend
  • Overbelastingen die voortvloeien uit materiële vergissingen, dubbele belasting of nieuwe bescheiden of feiten waardoor de laattijdige aangifte is gerechtvaardigd

In dit geval geldt er een langere termijn om het ontheffingsverzoek in te dienen. Deze termijn begint te lopen op 1 januari van het jaar waarin de belasting werd gevestigd. Indien het gaat om een ontheffingsverzoek met betrekking tot niet-verrekende overschotten aan voorheffingen en voorafbetalingen of met betrekking tot niet-toegekende verminderingen begint de termijn te lopen op 1 januari van het aanslagjaar waarop deze betrekking hebben.

Wat moet ik in de tussentijd betalen?

Wanneer je het niet eens bent met het aanslagbiljet wil dat niet zeggen dat je tijdens de lopende procedure geen belasting hoeft te betalen. Je dient nog steeds de belasting te betalen voor de aangegeven inkomsten waarvoor je je akkoord hebt verklaard (eventueel verhoogd). Ook de belasting van voorgaande aanslagjaren (reeds definitief geworden) is te betalen. De ambtenaar die het een en ander behandelt, zal het onmiddellijk verschuldigde bedrag berekenen.