Je hebt de ideale medewerker voor je bedrijf gevonden, maar er is één probleempje: hij of zij woont in het buitenland. Het is uiteraard mogelijk om buitenlands personeel aan te werven, maar er zijn wel een aantal aandachtspunten en zaken om rekening mee te houden. Zo heb je soms speciale werkdocumenten nodig en zijn buitenlandse diploma’s niet automatisch geldig in België. Buitenlandse bedrijven die werknemers naar België sturen, hebben dan weer een meldingsplicht en ook voor het inschakelen van buitenlandse zelfstandigen gelden er bijzondere regels. Hieronder zijn de basisregels weergegeven.

Speciale werkdocumenten nodig

Afhankelijk van de nationaliteit van de buitenlandse werkkracht zijn er mogelijk extra werkdocumenten en vergunningen nodig. Het type vergunning en de geldende voorwaarden zijn onder andere afhankelijk van de herkomst van de buitenlandse werkkracht, maar ook van het type werk dat men zal uitvoeren. Voor knelpuntberoepen gelden er over het algemeen soepelere regels.

Geen werkdocumenten nodig

Binnen de Europese Unie stellen zich weinig problemen omdat hier reeds afspraken over zijn gemaakt en er vrij verkeer van personen en goederen is. Binnen de Europese Unie kan iedereen dan ook vrij in een ander land gaan werken. Deze regels gelden bovendien niet alleen voor de Europese Unie, maar ook voor Zwitserland en de overige EER-landen (IJsland, Noorwegen en Liechtenstein). Onderdanen van deze landen kunnen zonder extra documenten in België komen werken.

In sommige specifieke gevallen kunnen ook andere buitenlanders worden vrijgesteld van de werkvergunning. Dat is bijvoorbeeld het geval voor erkende vluchtelingen en slachtoffers van mensenhandel die voor een tijdelijk verblijf in het vreemdelingenregister zijn ingeschreven. Zij hebben automatisch de toelating om in België te werken.

Vergunning voor buitenlandse werkkrachten

Andere buitenlanders hebben een vergunning nodig. De gecombineerde vergunning is er voor buitenlanders die meer dan 90 dagen als loontrekkende in België willen werken. De voorwaarden hiervoor zijn sterk afhankelijk van de categorie van de werknemer. Zo zijn er bijvoorbeeld andere regels en loondrempels voor hooggeschoolden dan voor beroepssporters of gespecialiseerde techniekers.

Andere buitenlanders die 90 dagen of minder in België willen werken, moeten dan weer een arbeidskaart hebben. De werkgever moet dan over een arbeidsvergunning beschikken. Dergelijke arbeidskaarten worden enkel aan specifieke werknemerscategorieën toegekend, opnieuw met elk hun eigen voorwaarden. Onder andere hoogleraars, navorsers of (wetenschappelijk) onderzoekers, beroepssporters en au pairs kunnen zo’n arbeidskaart krijgen.

Soepele regels voor knelpuntberoepen

Voor een aantal knelpuntberoepen is het makkelijker om een arbeidskaart en/of een (gecombineerde) vergunning te verkrijgen. Er gelden dan heel soepele voorwaarden. Een van de enige voorwaarden is dat het beroep op de lijst met knelpuntberoepen voorkomt. Natuurlijk zijn er aan elk knelpuntberoep wel eisen gesteld, bijvoorbeeld over welke activiteiten men moet uitoefenen of over welke vaardigheden of kennis men moet beschikken. Op de website van de Vlaamse kwalificatiestructuur is dit terug te vinden. Deze knelpuntberoepen staan op de huidige knelpuntberoepenlijst (1 januari 2019 – 1 maart 2021):

– Bestuurder bouwplaatsmachine

– Bestuurder trekker-oplegger

– Bordenbouwer

– Chef-kok

– Industrieel elektrotechnisch installateur

– Installateur datacommunicatienetwerken

– Kraanbestuurder

– Onderhoudselektricien

– Onderhoudsmecanicien

– Onderhoudsmecanicien van bedrijfs- of vrachtwagens

– Onderhoudstechnicus verwarmingsinstallaties

– Pijpfitter

– Residentieel elektrotechnisch installateur

– Sanitair installateur

– Slager

– Technicus voertuigen

– Technieker werf-, landbouw- en hefmachines

– Vrachtwagenbestuurder met aanhangwagen

– Vrachtwagenbestuurder vaste wagen

– Zorgkundige

Brexit

Over de situatie van Britse onderdanen is er op het moment van schrijven nog geen duidelijkheid. Bij een steeds realistischer wordende no-dealbrexit zullen Britten als een derdelander worden behandeld en zullen zij net als andere niet-uitgezonderde buitenlanders over een arbeidsvergunning moeten beschikken. Dit geldt uiteraard ook in de omgekeerde richting en ook Belgen zullen over de nodige vergunningen moeten beschikken om in het Verenigd Koninkrijk te mogen werken.

Ongeacht de uitkomst van deze onderhandelingen zouden er alvast een aantal bijzondere gevolgen kunnen zijn voor de internationale sportwereld. Zo geldt er binnen de FIFA bijvoorbeeld een article 19 EU-exemption (uitzondering op het verbod op internationale transfers van minderjarigen). Deze uitzondering kwam er specifiek na het arrest-Bosman en was nodig om te voldoen aan de EU-reglementering. Daarop zouden de Britse voetbalploegen na de Brexit alvast geen beroep meer kunnen doen. In de omgekeerde richting geldt net hetzelfde: ook Belgische voetbalclubs zullen niet zomaar Britse minderjarige toptalenten kunnen aantrekken.

Dit wil echter niet zeggen dat ze helemaal geen buitenlandse minderjarige toptalenten meer kunnen aantrekken, want in de FIFA-statuten zijn ook andere uitzonderingen voorzien. Een voorbeeld daarvan is de article 19 parents-exemption waarbij een internationale transfer wel mogelijk is wanneer de ouders naar het buitenland verhuizen voor andere reden dan het voetbal, bijvoorbeeld omdat ze er een job krijgen aangeboden.

Meldingsplicht voor buitenlandse werknemers

Wanneer een buitenlands bedrijf de werknemer tijdelijk of gedeeltelijk naar Vlaanderen stuurt om hier te komen werken, moeten ze daar altijd een melding van maken. Hiervoor doen ze een Limosa-aangifte via het Limosa-loket. Bij de aangifte zijn een aantal gegevens in te vullen en vervolgens ontvangt men een meldingsbewijs. Ook hier zijn er opnieuw uitzonderingen voorzien voor bepaalde groepen. Het gaat onder andere om diplomaten, sportlui, artiesten en wetenschappers.

Andere regels voor buitenlandse zelfstandigen

Het kan natuurlijk dat er ook in het buitenland geen geschikte werknemer wordt gevonden en dat men een beroep doet op een buitenlandse zelfstandige. Dat kan, maar zo’n zelfstandige moet dan wel over een beroepskaart voor buitenlandse ondernemers beschikken. Ook hier geldt er een vrijstelling voor de EER-landen en Zwitserland.

Om een geldige beroepskaart te kunnen ontvangen moet er aan een aantal voorwaarden zijn voldaan. Er moet bijvoorbeeld een geldige verblijfsvergunning zijn, de zelfstandige activiteit moet een sociale, artistieke, culturele, sportieve of economische waarde hebben en de belastingen en sociale bijdragen moeten zijn betaald. Opnieuw zijn er een aantal uitzonderingen voorzien, onder andere voor vluchtelingen die door België erkend zijn.

De zelfstandige moet hierbij zelf de eerder aangehaalde Limosa-aangifte doen.

Erkenning van buitenlandse diploma’s

Voor sommige beroepen is er een specifiek diploma vereist. Wanneer de buitenlandse werknemer enkel over een buitenlands diploma beschikt, is er mogelijk een gelijkwaardigheidserkenning nodig. Een gelijkwaardigheidserkenning is een officiële bevestiging dat het buitenlandse diploma gelijkwaardig is met het (vereiste) Vlaams diploma. Sommige diploma’s worden wel automatisch als gelijkwaardig gezien. Het gaat onder andere om Nederlandse en Luxemburgse bachelor- en masterdiploma’s, maar ook om de Europese baccalaureaatsdiploma’s en de diploma’s die zijn uitgereikt door de European University Institute Firenze.

In de andere gevallen moet er een gelijkwaardigheidserkenning worden ingediend. In de meeste gevallen moet dit bij NARIC-Vlaanderen gebeuren. Voor gereglementeerde beroepen zijn echter telkens de instanties van het gereglementeerde beroep bevoegd. Voor architecten gaat het bijvoorbeeld om de Vlaamse Raad van de Orde van Architecten en bij bandagisten gaat het dan weer om het agentschap Zorg en Gezondheid – team erkenning gezondheidszorgberoepen. Elke instantie hanteert eigen voorwaarden en een eigen procedure.