Als werkgever investeer je in je personeel. Dat doe je niet alleen door te investeren in hun welzijn, maar ook door te investeren in hun professionele ontwikkeling. Op vraag van de werkgever organiseert de VDAB (Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding) trainingen en opleidingen voor werknemers. Deze opleidingen en trainingen worden tegen betaling aangeboden. In sommige gevallen kan de werkgever van een (gedeeltelijke) vrijstelling genieten.

Opleidingen van de VDAB

De VDAB heeft een ruim opleidingsaanbod. Het biedt zowel erkende als niet-erkende opleidingen aan. In de eerste plaats focust men op opleidingen voor werkzoekenden. Deze werkzoekenden kunnen gratis erkende opleidingen volgen. Hun vervoerskosten en kinderopvangkosten worden dan terugbetaald en ze zijn van een aantal beschikbaarheidseisen vrijgesteld. Bij niet-erkende opleidingen ligt dat anders.

Ook wie reeds werk heeft, kan via de VDAB opleidingen volgen. Dankzij het stelsel van opleidingscheques hoeft men maar een deel van het inschrijvingsgeld en het leermateriaal zelf te betalen, terwijl men dankzij het opleidingsverlof van het werk afwezig mag zijn. Ten slotte biedt de VDAB opleidingen aan op vraag en kosten van de werkgever.

Wie komt in aanmerking voor de tussenkomst voor opleidingen van de VDAB?

Zowel kmo’s als grote ondernemingen komen in aanmerking voor deze steunmaatregel, net als vzw’s. De steunmaatregel geldt echter enkel voor specifieke categorieën van werknemers, namelijk voor risicowerknemers, werknemers die met werkloosheid worden bedreigd en werknemers die om medische redenen hun functie niet meer kunnen uitoefenen. Ook op basis van de bedrijfsgrootte kan er een vermindering worden toegekend.

Hoe groot is de tussenkomst voor opleidingen van de VDAB?

De tussenkomst in de VDAB-opleidingskosten gaat van 25% tot 100%. In de eerste plaats is er een vermindering op basis van de bedrijfsgrootte. Deze vermindering is er voor werkgevers die minder dan 10 werknemers in dienst hebben (vermindering van 50%) of die 10 tot en met 25 werknemers in dienst hebben (vermindering van 25%).

Daarnaast zijn er de verminderingen op basis van de categorie van werknemers. Een vermindering van 100% is er voor risicowerknemers die jonger zijn dan 18 jaar en die:

  • Onderworpen zijn aan de deeltijdse leerplicht; en
  • Geen secundair onderwijs met een volledig leerplan meer volgen; en
  • Binnen de twee jaar na de eerste indienstneming met de opleiding starten

Risicowerknemers die binnen de eerste 6 maand na de indienstneming hun opleiding starten, bieden recht op een vermindering van 50%.

Verder is er een vermindering van 100% voor werknemers die medisch ongeschikt zijn en die dus om medische redenen hun huidige functie niet meer kunnen uitoefenen. Ook werknemers die door een collectief of individueel ontslag met werkloosheid worden bedreigd of die behoren tot een onderneming in moeilijkheden geven aanleiding tot een vermindering van 100%.

Europese regels en beperkingen bij de tussenkomst voor opleidingen van de VDAB

Omdat het een en ander op de Europese regels moet worden afgestemd, waarbij er op Europees niveau maximale steunbedragen per opleidingsproject zijn vastgesteld, mag de VDAB vragen om de volledige kost van het opleidingsproject mee te delen. Het gaat dan niet alleen om de kosten voor de opleiding zelf, maar bijvoorbeeld ook om de verplaatsingskosten, de verblijfskosten, het loon dat de werknemer tijdens het volgen van de opleiding krijgt, enzovoort.

Verder dient er rekening te worden gehouden met de Europese de-minimisregels. Dat wil zeggen dat de werkgever gedurende de drie laatste belastingjaren niet meer dan 200.000 euro aan de-minimissteun mag hebben ontvangen. Deze beperking kadert in de Europese regels omtrent verboden staatssteun en de uitzonderingen hierop.