Bij loon- en weddetrekkenden wordt er automatisch bedrijfsvoorheffing ingehouden, wat door de werkgever wordt doorgestort naar de fiscus. Dit zijn voorafbetalingen die later worden verrekend met de verschuldigde belasting. Bij een eenmanszaak is er natuurlijk geen werkgever die dergelijke voorafbetalingen doet, waardoor je er zelf voor moet instaan. Bovendien is het ook niet altijd duidelijk hoeveel je gaat verdienen en hoeveel je moet doorstorten. Daarom leg ik het een en ander uit.

Belastingverhoging bij te weinig voorafbetalingen

Wanneer je als eenmanszaak te weinig voorafbetalingen doet, dan word je daarvoor gesanctioneerd. Indien je geen voorafbetalingen hebt gedaan, past de fiscus een belastingverhoging van 2,25% (aanslagjaar 2020) toe. De belastingverhoging wordt echter niet toegepast op het verschil tussen de voorafbetalingen en de verschuldigde belasting, maar op het verschil tussen de voorafbetalingen en 106% van de verschuldigde belasting. Hierdoor dwingt de fiscus je om meer te betalen dan je verschuldigd bent, wat dan weer een goedkope lening voor de staat is.

Op de verschuldigde belastingverhoging worden dan wel weer twee correcties toegepast. Zo neemt men bij eenmanszaken enerzijds slechts 90% van de belastingverhoging in aanmerking, terwijl er anderzijds geen belastingverhoging wordt aangerekend indien het bedrag lager is dan tachtig euro of 0,5% van de basisbelasting. Door deze beperkingen lopen eenmanszaken met een verschuldigde belasting van maximaal 3.950 euro (aanslagjaar 2020) geen risico op een belastingvermeerdering (3.950 x 2,25% x 90% = 79,99 euro of lager dan 80 euro).

Belastingvoordeel bij voorafbetalingen

Eenmanszaken die wel voorafbetalen, kunnen net zoals loontrekkenden rekenen op een bonificatie of belastingvermindering. De voorwaarde is dan wel dat je meer stortte dan nodig was om een belastingvermeerdering te voorkomen, namelijk meer dan 106% van de verschuldigde belasting. Alleen het deel dat hoger is dan die 106% resulteert in een bonificatie. Daarnaast is er ook een maximumgrens opgelegd: het hoger betaalde bedrag mag maximaal gelijk zijn aan de verschuldigde belasting.

De bonificatie die je krijgt, is afhankelijk van de verrichte voorafbetalingen (aanslagjaar 2020). Het toont aan dat een enige optimale eerste voorafbetaling interessanter is:

  • Het hoger betaalde bedrag bij voorafbetaling in kwartaal 1: bonificatie van 1,5%;
  • Het hoger betaalde bedrag bij voorafbetaling in kwartaal 2: bonificatie van 1,25%;
  • Het hoger betaalde bedrag bij voorafbetaling in kwartaal 3: bonificatie van 1,00%;
  • Het hoger betaalde bedrag bij voorafbetaling in kwartaal 4: bonificatie van 0,75%.

Vier keer voorafbetalingen doen als eenmanszaak

Dat je maar beter voorafbetalingen doet, mag duidelijk zijn. Je moet echter zelf berekenen hoeveel voorafbetalingen je gaat doen. De fiscus raadt aan om je inkomsten aan het begin van het inkomstenjaar in te schatten en op basis daarvan de verschuldigde belasting te berekenen. Op basis hiervan bereken je dan in drie stappen de voorafbetaling per kwartaal:

  • Vermenigvuldig de verschuldigde belasting met 106%;
  • Deel het bekomen bedrag door vier;
  • Rond het verkregen quotiënt af op het tiental.

Omdat er wordt uitgegaan van de geschatte inkomsten, kan het nodig zijn om in de latere kwartalen bij te sturen en alsnog bij te storten.

Enige optimale eerste voorafbetaling

Vanuit fiscaal oogpunt is het bovendien interessanter om als eenmanszaak een enige optimale eerste voorafbetaling te doen. Jaarlijks berekenen fiscalisten het ideale bedrag om meteen de vermeerdering weg te werken. Indien je de eerste voorafbetaling hebt gemist, kan je de enige voorafbetaling ook in het tweede, derde of vierde kwartaal doen. Gebruik daarbij volgende berekeningsmethode (fiscale afronding op de euro), waarbij B gelijk is aan 106% van de verschuldigde belasting.

  Geschatte personenbelasting (€)
  0 – 3.950 3.951 – 16.000 > 16.000
Kwartaal 1 Geen belastingvermeerdering mogelijk / geen enige optimale eerste voorafbetaling nodig 75% x B – 2962 56,49% x B
Kwartaal 2 90% x B – 3555 67,78% x B
Kwartaal 3 112,5% x B – 4444 84,73% x B
Kwartaal 4 150% x B – 5925 112,97% x B

 

Het berekenen van de enige optimale eerste voorafbetaling is voornamelijk interessant indien je een beroep doet op financiering voor de voorafbetaling. Veel kredietverstrekkers bieden aan om de enige optimale eerste voorafbetaling te doen, die jij vervolgens over twaalf maanden moet terugbetalen. De kredietverstrekker rekent natuurlijk wel een rente aan. Omdat die rente aangenamer is dan de belastingverhoging die de fiscus hanteert, blijft dat toch een interessante piste om de fiscale situatie te optimaliseren.

Wanneer voorafbetalingen doen als eenmanszaak?

Het berekende kwartaalbedrag moet je steeds doorstorten tegen de tiende van de maand volgend op het einde van het kwartaal. Voor de eerste drie kwartalen klopt dit (deadlines: 10 april, 10 juli en 10 oktober), maar voor het vierde kwartaal maakt de Staat een uitzondering. Zoals je het ook wel kent van pakweg de btw, geeft de Staat zichzelf graag een kerstcadeautje en moet het rond de feestdagen allemaal wat sneller gaan. De laatste voorafbetaling moet daarom niet tegen 10 januari maar tegen 20 december op de rekening van de Administratie staan.

Hoe voorafbetalingen doen als eenmanszaak?

De voorafbetaling is door te storten op het rekeningnummer van de Dienst Voorafbetalingen (aanslagjaar 2020: BE61 6792 0022 9117, BIC: PCHQ BEBB, op naam van: Inningscentrum – Dienst Voorafbetalingen). Je gebruikt hiervoor de persoonlijk gestructureerde mededeling die op het betalingsformulier werd aangebracht. Via de website van de FOD Financiën kan je deze gestructureerde mededeling ook genereren, door er je ondernemingsnummer in te vullen. Verder zijn hier geen bijzondere administratieve verplichtingen aan verbonden en worden de voorafbetalingen automatisch verrekend met de verschuldigde belasting.

Geen voorafbetalingen voor startende eenmanszaken

Wie voor de eerste keer zelfstandig in hoofdberoep wordt is gedurende de eerste drie jaren vrijgesteld van voorafbetalingen. Gedurende de eerste drie jaren rekent de fiscus geen belastingverhoging toe indien zij te weinig of zelfs geen voorafbetalingen doen. De fiscus houdt er rekening mee dat hun inkomsten vaak nog te onvoorspelbaar zijn, terwijl het ook gewoon een steuntje in de rug is om cashflowproblemen in de opstartfase te beperken. Uiteraard staat het starters wel vrij om vrijwillig voorafbetalingen te doen, waarna ze eventueel ook kunnen rekenen op een bonificatie. Dit geldt overigens ook voor starters met een kleine vennootschap.