In het kader van de coronacrisis heeft de wetgever de consumptiecheque uitgevonden, hoewel het in de pers ook al eens de horecacheque of de coronacheque werd genoemd. Het is een manier waarop je als werkgever fiscaal voordelig het personeel een financieel duwtje in de rug kan geven, zeker als ze in volle coronatijd het beste van zichzelf hebben laten zien. Bovendien steun je meteen ook de sectoren die het zwaarst getroffen zijn door de coronasituatie. Maar wat houdt die consumptiecheque juist in en wat moet je erover weten?

Kenmerken van de consumptiecheque

De consumptiecheque is een papieren cheque met een aangegeven waarde. De papieren cheque wordt steeds op naam uitgegeven en bevat de naam van de werknemer. De cheque is geldig tot en met 7 juni 2021 en kan tot en met 31 december 2020 worden toegekend. Verder kan de cheque niet worden omgeruild voor geld. De cheques worden per 10 euro uitgegeven en je kan aan de kassa dus geen geld terugkrijgen. Bij een etentje van 75 euro geef je dus zeven consumptiecheques van 10 euro en betaal je zelf nog 5 euro. Ook kan de consumptiecheque slechts in een bepaald aantal sectoren worden uitgegeven:

  • De horecasector
  • De culturele sector (enkel erkende, goedgekeurde of gesubsidieerde inrichtingen)
  • Sportverenigingen (enkel erkende, goedgekeurde of gesubsidieerde inrichtingen of verenigingen die tot een van de nationale federaties behoren).

De consumptiecheque kan bijvoorbeeld worden gebruikt in een restaurant of tijdens een operabezoek. Wat niet kan, is de consumptiecheque tot een regionaal gebied beperkten (hoewel het sowieso enkel in België te gebruiken is). Enkel gemeenten die de consumptiecheque uitgeven kunnen de toepassing bijvoorbeeld tot hun grondgebied beperken om ook echt de lokale economie te ondersteunen.

Specifieke voorwaarden bij de toekenning van de consumptiecheque

In de eerste plaats mag je tot maximaal 300 euro per werknemer toekennen en mag het geen loon of ander voordeel vervangen. Het kan dus niet de bedoeling zijn dat je nu ineens geen maaltijdcheques meer geeft omdat je de consumptiecheque toekent. De consumptiecheque kan hier enkel bovenop worden gegeven.

Daarnaast moet het om een collectief voordeel gaan en mag het niet individueel worden toegekend. Dat wil niet zeggen dat je het aan al het personeel moet toekennen, maar het moet toch enigszins objectief worden afgebakend. Zo kan je het bijvoorbeeld enkel toekennen aan de installateurs, als beloning omdat zij tijdens de coronaperiode extra risico’s liepen door bij de mensen thuis te gaan. Het is uiteraard ook mogelijk om de ene categorie een hoger bedrag toe te kennen dan de andere categorie. Het belangrijkste is dat je het onderscheid objectief maakt en niet op basis van leeftijd, taal, nationaliteit, geslacht et cetera.

In ieder geval is het noodzakelijk dat je hierover een cao of een “individuele arbeidsovereenkomst met betrekking tot de toekenning van de papieren consumptiecheques” afsluit.

Fiscaal en sociaal voordeel

Als er aan deze voorwaarden is voldaan, is de consumptiecheque voor 100% vrijgesteld van belastingen en sociale zekerheidsbijdragen. Dat wil zeggen dat de medewerker de consumptiecheque ook volledig netto krijgt en dat maakt het voor de werkgever toch een stuk goedkoper. Bovendien ben je niet verplicht om het maximumbedrag te geven, dus je kan gerust zelf even kijken hoeveel financiële ademruimte je hebt. Houd er natuurlijk wel rekening mee dat er bij de uitgifte ook druk- en administratiekosten komen kijken. Het gaat om ongeveer 0,20 euro per cheque van 10 euro. Daarnaast kunnen er natuurlijk ook verzendingskosten van toepassing zijn. Voor de werkgever zijn deze kosten, net zoals de consumptiecheque zelf en andere personeelskosten, voor 100% fiscaal aftrekbaar.