Via een prospectiekantoor behoudt men de voeling met de noden van het land en met de lokale klanten. Vlaamse ondernemingen die zo’n prospectiekantoor buiten de EER (Europese Economische Ruimte) willen oprichten, kunnen onder bepaalde voorwaarden in aanmerking komen voor een tussenkomst in bepaalde werkingskosten. De subsidie kan oplopen tot 75.000 euro. In ieder geval is het vereist dat het Vlaamse Gewest ook voordelen plukt van de oprichting van het prospectiekantoor.

Wie komt in aanmerking voor de subsidie voor de oprichting van een prospectiekantoor buiten de EER?

De oprichtende onderneming moet verplicht een kmo zijn en aan de kmo-definitie voldoen. Dit wil zeggen dat de onderneming (i) minder dan 250 fte’s in dienst mag hebben én (ii) een jaaromzet van maximum 50 miljoen euro óf een balanstotaal van maximum 43 miljoen euro mag hebben. Een uitzondering wordt gemaakt voor de net iets grotere ondernemingen die een sterke verankering hebben in Vlaanderen. De eerder aangehaalde criteria worden dan opgetrokken naar respectievelijk 500 fte’s, een jaaromzet van 100 miljoen euro en een balanstotaal van 85 miljoen euro.

Verder zijn een aantal ondernemingen nadrukkelijk uitgesloten van de subsidie voor de oprichting van een prospectiekantoor buiten de EER:

  • Ondernemingen die niet in orde zijn met de sociale wetgeving
  • Ondernemingen die niet in orde zijn met de fiscale wetgeving
  • Ondernemers die geen Belgisch ondernemingsnummer hebben
  • Ondernemers die eerder al verbintenissen ten opzichte van Flanders Investment & Trade niet hebben nageleefd

Wat komt in aanmerking voor de subsidie voor de oprichting van een prospectiekantoor buiten de EER?

Deze subsidie is er voor wie een prospectiekantoor opricht buiten de EER. Een aantal initiatieven zijn echter uitgesloten, zoals de verkoop in de kleinhandel. De subsidie voor de oprichting van een prospectiekantoor geldt daarnaast enkel voor de oprichting van een prospectiekantoor buiten de EER. Het mag dus niet gaan om een prospectiekantoor in een lidstaat van de Europese Unie, Noorwegen, IJsland of Liechtenstein. Door de Brexit komt de oprichting van een prospectiekantoor in het Verenigd Koninkrijk wel in aanmerking.

Daarnaast moeten de goederen en/of diensten waarvoor het prospectiekantoor wordt opgericht een duidelijke toegevoegde waarde in het Vlaamse Gewest creëren, bijvoorbeeld door het ontstaan van nieuwe arbeidsplaatsen. Bovendien mag je de afgelopen vijf jaar nog geen subsidie voor een prospectiekantoor in hetzelfde land verkregen hebben. En ten slotte moet je aantonen dat je onderneming daadwerkelijk de controle over het prospectiekantoor uitoefent.

Bedrag van de subsidie voor de oprichting van een prospectiekantoor buiten de EER?

Voor het bepalen van het subsidiebedrag vertrekt men van de werkingskosten van het prospectiekantoor tijdens het eerste jaar. Dit omvat onder meer de huurprijs van de kantoorruimte, de aankoopprijs van kantoormeubilair, kosten voor elektriciteit en dergelijke meer. Een aantal reis- en verblijfskosten worden via een forfait berekend.

De subsidie bedraagt vervolgens 50% van de aanvaarde kosten, begrensd op een subsidiebedrag van 50.000 euro. Voor wie sinds 1 september 2005 meer dan vier goedgekeurde subsidieaanvragen heeft ingediend bij Flanders Investment & Trade wordt dit opgetrokken tot 75% van de aanvaarde kosten, met een maximale subsidie van 75.000 euro. De subsidieaanvraag is digitaal in te dienen via de website van Flanders Investment & Trade.