Door de zesde staatshervorming kregen de gewesten de bevoegdheid over het PWA-stelsel (plaatselijk werkgelegenheidsagentschap) overgedragen. Vlaanderen besloot daarop om het vroegere PWA-stelsel te vervangen door de zogenaamde wijk-werkcheques. Net zoals voor de PWA-cheques werd hierin ook een belastingvermindering voorzien.

Wat is wijk-werken?

Het wijk-werken heeft per 1 januari 2018 het vroegere PWA-stelsel vervangen. Via het stelsel van wijk-werken kunnen werkzoekenden die geen werkervaring hebben tijdelijk werkervaring opdoen. Ze klussen dan enkele uren bij iemand thuis, in een OCMW, in een vzw of in een land- en tuinbouwbedrijf. In ruil krijgt de wijk-werker daarvoor een wijk-werkcheque. De vergoeding voor de wijk-werker bedraagt 4,10 euro per uur (naast een verplaatsingsvergoeding van € 0,15/km). Voor de gebruiker kost de wijk-werkcheque 5,95 tot 7,45 euro. Terwijl de gebruiker van een belastingvermindering geniet, worden de inkomsten van de wijk-werker niet belast. Ook een eventuele verplaatsingsvergoeding blijft onbelast.

Enkel personen die gedomicilieerd zijn in Vlaanderen en als werkzoekende ingeschreven zijn bij de VDAB (of leefloongerechtigd zijn), die zich niet klaar voelen voor het gewone arbeidscircuit en die zelfstandig kunnen werken, komen in aanmerking voor het stelsel van wijk-werken.

Vanuit de Vlaamse overheid is er een activiteitenlijst opgesteld met taken die de wijk-werker mag uitvoeren. Dat gaat bijvoorbeeld van het occasioneel onderhouden van grafzerken tot het gras maaien bij particulieren of het bieden van administratieve hulp bij een opendeurdag van een school. Het is echter de gemeente die op basis van deze lijst beslist welke activiteiten ze al dan niet zal toestaan.

Belastingvermindering voor wijk-werkcheques

Enkel privépersonen die wijk-werkcheques aankochten, hebben recht op een belastingvermindering. De voorwaarde is wel dat het bedoelde fiscaal attest kan worden voorgelegd. Het gaat om een belastingvermindering van 30%. De maximale fiscaal aftrekbare uitgave is hierbij beperkt tot 1.500 euro (inkomstenjaar 2019, aanslagjaar 2020) voor zowel de uitgaven voor wijk-werkcheques als voor de uitgaven voor dienstencheques.

Gebruikers ontvangen jaarlijks het fiscaal attest. Je moet daarvoor zelf het overeenkomstige bedrag invullen in de code 3363 of 4363 (aanslagjaar 2019) van de belastingaangifte. Om de belastingvermindering te genieten mag de uitgave bovendien geen beroepskarakter hebben. Indien een uitgave een gemengd karakter heeft, omdat het bijvoorbeeld gaat om de onderhoudswerken van een tuin die zowel voor de privéwoning als voor het restaurant wordt gebruikt, moet het beroepsmatig gedeelte van de aftrek worden uitgesloten. Eventuele beroepsmatige uitgaven zijn dan natuurlijk wel aftrekbaar als beroepskost.

Bepaling van het belastbaar tijdperk

De belastingvermindering kan worden genoten in het belastbaar tijdperk dat de wijk-werkcheques worden betaald en staat onafhankelijk van het belastbaar tijdperk waarin ze worden gebruikt. Op het einde van het inkomstenjaar kan een gebruiker dan ook nog snel extra wijk-werkcheques bestellen en betalen om in dit inkomstenjaar al van de fiscale aftrek te genieten. Uiteraard brengt men de wijk-werkcheques die in de loop van het belastbaar tijdperk bij de uitgever terug worden bezorgd, in mindering.