Hoewel een handelsgoed een afgewerkt product is dat klaar is voor de verkoop, mag je het boekhoudkundig geen gereed product noemen. Er is een belangrijk verschil tussen het gereed product dat we met name bij industriële ondernemingen aantreffen en het handelsgoed dat eigen is aan handelsondernemingen. Wat de boekhoudkundige verwerking betreft, wordt echter dezelfde redenering gevolgd.

Betekenis van gereed product

CBN-advies 132/7 definieert een gereed product als alle fabricaten van de onderneming die voor verkoop zijn bestemd of zich in verkoopbare staat bevinden, met inbegrip van verkoopbare halffabricaten. Het gaat hierbij om in serie gefabriceerde producten (industriële ondernemingen).

Verkoopbare halffabricaten zijn fabricaten van de onderneming die tot een zeker stadium zijn afgewerkt en die als zodanig toch kunnen worden verkocht of die eenvoudig kunnen worden omgevormd tot een verkoopbaar product. Een voorbeeld daarvan zijn elektriciteitskabels op rol die eenvoudig op maat kunnen worden afgesneden en daarmee een verkoopbaar product worden.

Een gereed product wordt geboekt op de rekening 33 Gereed product.

Betekenis van een handelsgoed

Ook handelsgoederen worden in het CBN-advies 132/7 gedefinieerd. Volgens het CNB-advies gaat het om materiële goederen die door de onderneming zijn ingekocht om zonder bewerking of na een lichte bewerking te worden verkocht. Het gaat met andere woorden om de voorraden van handelsondernemingen die klaar zijn voor verkoop en die dus niet het resultaat zijn van de productie door de eigen industriële onderneming.

Onder een lichte bewerking wordt bijvoorbeeld de verpakking van de goederen verstaan. Deze verpakkingen kunnen eveneens bij de handelsgoederen worden gerekend, maar ze kunnen evenzeer bij de grondstoffen of zelfs bij de hulpstoffen worden opgenomen.

Handelsgoederen worden geboekt op de rekening 34 Handelsgoederen.

Boekhoudkundige verwerking van rekeningen 33 en 34

De boekhoudkundige verwerking van een handelsgoed en een gereed product is identiek. Bij het begin van de boekhoudkundige periode worden de goederen steeds gewaardeerd (debetzijde). Wanneer er aankopen worden gedaan, worden deze steeds op het debet geboekt. Op het einde van de boekhoudkundige periode worden de voorraadwijzigingen geboekt. Bij handelsgoederen gebruikt men hiervoor de rekening 6094 Voorraadwijziging handelsgoederen en bij een gereed product gaat het om de rekening 713 in de voorraad gereed product.

Stel bijvoorbeeld dat een onderneming op 1 januari van het jaar 202N een voorraad handelsgoederen heeft van 15.000 euro. Deze voorraad staat op de debetzijde van de rekening 340 Voorraden handelsgoederen: aanschaffingswaarde. Op 31 december 202N wordt de nieuwe inventaris opgemaakt en blijkt dat de voorraad is gestegen naar 18.000 euro. Het verschil van 3.000 euro moet als een positieve voorraadwijziging worden geregistreerd op de rekening 6094 Voorraadwijziging handelsgoederen. We boeken:

340 Voorraden handelsgoederen: aanschaffingswaarde 3.000
6094 Voorraadwijziging handelsgoederen 3.000

 

Deze voorraadwijziging heeft met andere woorden dus invloed op het bedrijfsresultaat. De redenering hierbij is dat voorraden pas een positieve invloed op het resultaat hebben wanneer ze worden verkocht. Daartegenover staat dat een toename van die voorraden eveneens pas een negatieve invloed op het resultaat heeft wanneer ze verkocht worden. Enkel op dat moment worden ze ten laste genomen en net daarom is het belangrijk om jaarlijks de voorraadwijzigingen te registreren.