Werkgevers dienen bedrijfsvoorheffing in te houden op het loon van werknemers. Deze bedrijfsvoorheffing wordt verrekend met de verschuldigde belastingen en helpt te voorkomen dat werknemers later voor onaangename verrassingen komen te staan. De werkgever dient de ingehouden bedrijfsvoorheffing uiteraard aan de Belgische schatkist over te maken. Er zijn echter situaties waarbij hij dat niet hoeft te doen, terwijl de ingehouden bedrijfsvoorheffing voor de werknemer natuurlijk wel bevrijdend is. Er zijn uitzonderingen voor starters, voor onderzoekers en voor bedrijven die investeren in steunzones of ontwrichte zones. Hieronder zijn deze uitzonderingen besproken.

Vrijstelling doorstorten bedrijfsvoorheffing voor starters

Zelfstandigen, microvennootschappen en kleine vennootschappen tot vier jaar oud hoeven een deel van de bedrijfsvoorheffing niet door te storten. In principe gaat het om 10% van de verschuldigde bedrijfsvoorheffing, maar bij microvennootschappen (en natuurlijke personen die aan dezelfde eisen voldoen) gaat het zelfs om 20% van de verschuldigde bedrijfsvoorheffing. De vrijstelling gaat in op de eerste dag van de maand die volgt op de eerste inschrijving van de werkgever en eindigt na 48 maanden.

Opdat er sprake zou zijn van een kleine vennootschap of van een microvennootschap mag er in het laatst afgesloten boekjaar hoogstens een van de onderstaande criteria zijn overschreden.

  Kleine vennootschap Microvennootschap
Jaargemiddelde personeelsbestand 50 werknemers 10 werknemers
Jaaromzet (excl. btw) € 9.000.000 € 700.000
Balanstotaal € 4.500.000 € 350.000

Vrijstelling doorstorten bedrijfsvoorheffing voor investeringen in steunzones

Als een bedrijf investeert in een zogeheten ontwrichte zone kan men, per extra arbeidsplaats die het gevolg is van deze investering en gedurende een periode van twee jaar, een vrijstelling van 25% van de door te storten bedrijfsvoorheffing genieten. De arbeidsplaats moet wel gedurende minstens drie jaar behouden blijven. Bij grote ondernemingen gaat het zelfs om vijf jaar.

In de praktijk is deze steunmaatregel er om het vertrek van grote bedrijven op te vangen, want zo’n vertrek kan ontwrichtend werken voor de lokale economie. Tegelijkertijd moedigt men nieuwe investeerders aan om in deze zone te investeren. Er zijn momenteel drie zones afgebakend, namelijk de zone rond Turnhout, de zone rond Genk en de zone rond Zaventem-Vilvoorde. Ten gevolge van de coronapandemie heeft men de erkenning van deze zones verlengd. De erkenning van de steunzones rond Turnhout en Genk loopt tot 31 oktober 2022. De erkenning van de steunzone rond Zaventem-Vilvoorde loopt tot 31 mei 2026.

Vrijstelling doorstorten bedrijfsvoorheffing voor onderzoekers

Zowel kennisinstellingen als werkgevers in de privésector kunnen voor tewerkgestelde onderzoekers een vrijstelling van 80% van de door te storten bedrijfsvoorheffing genieten. Zowel industrieel onderzoek als fundamenteel onderzoek en experimentele ontwikkelingen komen in aanmerking.

Vroeger moest het in principe gaan om onderzoekers met een doctoraatdiploma, een diploma van burgerlijk ingenieur of een diploma van industrieel ingenieur. Sinds 2018 zijn de regels versoepeld en komen veel meer diploma’s in aanmerking, waaronder bijvoorbeeld een professionele bachelor toegepaste informatica, een professionele bachelor gezondheidszorg en een professionele bachelor nautische wetenschappen.

Op deze eis zijn er uitzonderingen mogelijk, waarbij er dan minder strenge diploma-eisen gelden. Dat is met name het geval voor jonge, innoverende ondernemingen en ondernemingen die met onderzoeksorganisaties of universiteiten samenwerken.