Sinds 1 juli 2022 zijn ondernemingen verplicht om ten aanzien van consumenten een digitaal betaalmiddel aan te bieden. Deze verplichting geldt voor alle ondernemingen, groot of klein. Voorheen waren ondernemingen hier niet toe verplicht en konden ze bijvoorbeeld enkel cashbetalingen accepteren. Met de nieuwe regel wil men het aantal cashbetalingen terugdringen. Digitaal betalen biedt namelijk veel voordelen. Aan contant geld kleeft voor de overheid nog steeds een prijskaartje – het geld moet worden gedrukt, ingezameld en vervangen – en is niet te traceren, wat de deuren opent voor criminaliteit en zwartwerk. Ook is het gevoelig voor namaakfraude. We hebben het over de verplichting en over de exacte regels.

Minstens een vorm van digitaal betalen accepteren

De regel is dat ondernemingen sinds 1 juli 2022 verplicht zijn om ten minste een vorm van digitaal betalen aan te bieden, naast de cashbetalingen. De consument kiest met andere woorden of hij cash betaalt of de digitale betaaloptie gebruikt.

Welke vorm van digitaal betalen er wordt aangeboden, kiest de handelaar of de onderneming zelf. Dat kan heel divers zijn. Zo kan een ondernemer bijvoorbeeld een betaalkaartterminal gebruiken, maar ook een vorm van mobiel betalen. Denk dan bijvoorbeeld aan Payconiq. Daarnaast mag de ondernemer de optie aanbieden om het geld digitaal over te schrijven. Uiteraard mag een onderneming ook verschillende vormen van digitaal betalen aanbieden.

Het is natuurlijk in het belang van de onderneming en de consument om te kiezen voor een betaalmiddel dat voldoende toegankelijk en bekend is. Tot eind 2022 is er overigens nog een verhoogde belastingaftrek van 125% voor handelaars die een betaalterminal kopen. Wie overweegt om een betaalterminal te kopen, kan er dus maar beter snel bij zijn.

Digitale maaltijdcheques en ecocheques volstaan niet

Een aantal betaalmiddelen worden niet als een elektronisch betaalmiddel beschouwd: maaltijdcheques, consumptiecheques en ecocheques. En dit zelfs niet als de betaling met een kaart plaatsvindt. Ook betalingen met cryptomunten en virtuele munten voldoen niet aan de gestelde eis. Uiteraard staat het ondernemingen vrij om naast een contant en een digitaal betaalmiddel ook cryptomunten, ecocheques, maaltijdcheques en dergelijke meer te aanvaarden.

Wie is verplicht om een digitaal betaalmiddel aan te bieden?

De verplichting geldt voor ondernemingen. Ondernemingen zijn natuurlijke personen of rechtspersonen die op een duurzame wijze een economisch doel nastreven. De verplichting is er met andere woorden niet alleen voor supermarkten of klassieke handelaren, maar bijvoorbeeld ook voor tandartsen, advocaten, dokters enzovoort.

De verplichting geldt enkel ten aanzien van consumenten. Er moet dus sprake zijn van een B2C-verhouding. Ten aanzien van andere ondernemingen (B2B-verhouding) geldt de verplichting niet. Verder hoeft de onderneming enkel een digitaal betaalmiddel aan te bieden als de transactie in euro’s plaatsvindt én als de consument en het bedrijf of de ondernemer gelijktijdig fysiek aanwezig zijn.

Weet dat het niet is toegestaan om kosten in rekening te brengen voor het gebruik van een elektronisch betaalmiddel, ook niet bij een laag bedrag. Er mag ook geen ondergrens worden vastgesteld voor het gebruik van een elektronische betaling. Wie deze regelgeving niet naleeft, riskeert sancties. Geldboetes tot 80.000 euro zijn mogelijk.