Volgens cijfers van het Agentschap Innoveren & Ondernemen zijn er steeds meer student-zelfstandigen in ons land. De afgelopen vijf jaar zou hun aantal zelfs zijn verdubbeld. Ongeveer 42% van deze studenten baat de zelfstandige activiteit ook na de studies verder uit. De overheid moedigt studenten aan om te experimenteren en ondernemersvaardigheden te ontwikkelen. Dat doet het onder andere met een prettig sociaalfiscaal statuut.

Statuut van student-zelfstandige

Studenten die als zelfstandige aan de slag gaan, hebben een eigen sociaalfiscaal statuut: de student-zelfstandige. Dit statuut werd in 2017 ingevoerd en biedt de student een aantal voordelen die het gemakkelijker maken om de sprong naar het ondernemerschap te wagen. Er zijn wel een aantal voorwaarden aan verbonden. Zo geldt het enkel voor studenten die niet ouder zijn dan 25 jaar en die voldoende studiepunten opnemen. Als de inkomsten beperkt zijn, dient de student geen of minder sociale bijdragen te betalen dan een zelfstandige in hoofdberoep. In veel gevallen blijft men ook ten laste van de ouders en blijft het recht op kinderbijslag behouden, hoewel dat afhankelijk is van de inkomsten.

Ondersteuningstrajecten en veilig experimenteren

Via het Agentschap Innoveren & Ondernemen steunt de Vlaamse overheid tal van partners die jongeren in hun ondernemerschap begeleiden. Hierdoor kunnen studenten onder andere terecht bij Unizo Onderwijs. Bij de jongerencoöperatie Haven kunnen jongeren dan weer terecht voor een veilige leeromgeving als ze willen experimenteren met ondernemerschap in een jeugdhuis. En verschillende Vlaamse (studenten)steden bieden ecosystemen omtrent student-ondernemerschap aan, bijvoorbeeld Gentrepeneur (Gent), Start@K (Kortrijk, Take Off Antwerp (Antwerpen) en LeJon (Leuven).

Voordelen bij hogescholen

Ook opleidingsinstellingen stellen zich vaak extra behulpzaam op ten opzichte van student-zelfstandigen. Bij veel onderwijsinstellingen is het mogelijk om zich te laten erkennen als student-ondernemer. Dat is een niet-officieel statuut dat binnen de onderwijsinstelling bepaalde voordelen oplevert, bijvoorbeeld het recht om afwezig te zijn van verplichte lessen of extra tijd om bepaalde opdrachten af te werken. Er zijn zelfs hogescholen die bijvoorbeeld werkplekken en coachingsessies aanbieden.

Wat na het afstuderen?

De doorstroom van student-zelfstandigen naar het volwaardig zelfstandig statuut is groot. Van alle student-zelfstandigen die eind 2017 actief waren, is 42% in 2021 actief als zelfstandige in hoofd- of bijberoep. 24% heeft de stap gezet naar zelfstandige in hoofdberoep en 18% naar zelfstandige in bijberoep. Het kan dus een heel goede springplank zijn om verder te gaan als ondernemer.

Eenmaal een student afstudeert, hoeft hij nog niet meteen te stoppen als student-zelfstandige. Je kan de activiteiten verderzetten tot en met het derde kwartaal van het jaar waarin je afstudeert. Vanaf het vierde kwartaal word je dan zelfstandige. Als je beslist om je voltijds te smijten voor je zaak, word je zelfstandige in hoofdberoep. Als je minstens halftijds als loontrekkende of ambtenaar aan de slag gaat, word je zelfstandige in bijberoep.

Ook interessant is het Erasmusprogramma voor ondernemers. Hierbij kan je als starter in het buitenland ervaring opdoen bij een ervaren ondernemer. Het is een ideale manier om de overstap van student naar zelfstandige optimaal te verteren.